geelbruine houtuil Lithophane socia

Familie

uilen (NOCTUIDAE)

Zeldzaamheid

Zeldzaam. Een soort die af en toe wordt waargenomen in het zuiden en midden van het land. RL: ernstig bedreigd.

Rode lijst

ernstig bedreigd

Meer foto's

Terug naar boven ^

Levenswijze

Vliegtijd en gedrag

Half augustus-begin oktober en na de overwintering maart-eind april in één generatie. De vlinders zijn vanaf de schemering actief; in het najaar bezoeken ze bloemen van klimop en overrijpe bramen, in het voorjaar wilgenkatjes. De vlinders komen zowel op licht als op smeer.

Levenscyclus

Rups: april-juni. De rups maakt een stevige cocon in de grond, waarin ongeveer een maand later de verpopping plaatsvindt. De soort overwintert als vlinder, verborgen achter losse boomschors of op een andere beschutte plaats. De paring vindt plaats in het voorjaar.

Verspreiding

Vliegtijd

Benaming

Engelse naam

Pale Pinion

Duitse naam

Gelbbraune Holzeule

Franse naam

la Tachée , la Noctuelle pétrifiée

Synoniemen

Xylina socia, Lithophane hepatica

Meer

Toelichting Nederlandse naam

De voorvleugel is licht geelachtig bruin en het uiterlijk van de vlinder doet aan hout(-nerf) denken.

Meer over Nederlandse namen

Toelichting wetenschappelijke naam

Lithophane: lithos is een steen en phaino, phan is blijken te zijn; de vlinder vertoont gelijkenis met een steen en valt in rust daardoor nauwelijks op (hoewel de soorten uit dit geslacht vaker op een paaltje of takje zitten te rusten).
socia: socius is verbonden met, mogelijk met een van de andere soorten die door Hufnagel binnen dit genus worden genoemd, maar zeker niet met L. semibrunnea dat 43 jaar later werd benoemd. Er zal zeker niet bedoeld zijn om de sociale eigenschappen van deze soort te accentueren: de rups vertoont kannibalisme!

Auteursnaam en jaartal

(Hufnagel, 1766)

Herkenning

Kenmerken vlinder

Voorvleugellengte: 17-20 mm. Deze uil lijkt qua rusthouding en vorm sterk op de bruine essenuil (L. semibrunnea) – met name de prominente schouders vallen ook hier op. Eveneens komt de tekening sterk overeen. De voorvleugel heeft een lichte geelachtig bruine grondkleur, soms met een okerkleurige tint, soms met grijs vermengd. In het middenveld is een middenschaduw zichtbaar. Deze bevat in de binnenrandhelft een grijs- tot zwartachtige vlek. Soms is deze klein en onduidelijk, maar doorgaans maakt deze deel uit van een opvallende grotere donkere vlek die zich uit kan strekken tot in het wortelveld en het zoomveld. Deze vlek raakt nooit de binnenrand van de vleugel zoals bij de bruine essenuil. Hierdoor zijn in rusthouding twee afzonderlijke vlekken zichtbaar in plaats van één. De ringvlek en niervlek zijn vaag zichtbaar als lichte, vaak extra licht omrande vlekken. De niervlek steekt via deze lichte rand in combinatie met een donkere rand nog eens extra sterk af tegen de donkere tekening in de binnenrandhelft. Langs de achterrand van de voorvleugel bevinden zich donkere pijlvormige vlekken en streepjes. De langste bevinden zich in de binnenrandshoek. De achtervleugel is bruinachtig grijs.

Gelijkende soorten vlinder

Zie de bruine essenuil (L. semibrunnea) en de brildrager (Egira conspicillaris).

Gelijkende soorten vlinder

Verspreiding in Nederland in vier perioden

Onderstaande kaartjes tonen de verspreiding binnen Nederland in vier perioden. Hoe groter en donkerder een stip, des te groter was de presentie van een soort in het desbetreffende uurhok (5x5 kilometerhok). Presentie geeft aan in welke mate een soort is over- of ondervertegenwoordigd ten opzichte van de (macronachtvlinder-)fauna als geheel. De berekeningen zijn gebaseerd op gegevens in de Nationale Databank Flora en Fauna.

Habitat

Loofbossen en parken.

Planten

Diverse loofbomen en struiken, waaronder eik, wilg, berk, sleedoorn, appel, paardenkastanje, braam en liguster; soms kruidachtige planten.

Waardplant

Berk
Betula

Liguster
Ligustrum

Appel
Malus

Sleedoorn
Prunus

Eik
Quercus

Braam
Rubus

Wilg
Salix

Actualiteiten

Ontdek meer

Tijdschriften

Soorten uit dezelfde familie uilen (NOCTUIDAE)

Alle soorten uit deze familie