geveerde witvleugeluil Aporophyla australis

Familie

uilen (NOCTUIDAE)

Zeldzaamheid

Vrij algemeen. Komt vooral lokaal voor in het zuidwesten van het land; lijkt zich de laatste jaren uit te breiden en wordt zeer lokaal ook elders langs de kust waargenomen.

Rode lijst

niet bedreigd

Meer foto's

Terug naar boven ^

Levenswijze

Vliegtijd en gedrag

Begin september-begin oktober in één generatie. De vlinders komen op smeer en op licht. Ze worden soms rustend op grasstengels aangetroffen of nectar drinkend op de bloemen van klimop.

Levenscyclus

Rups: oktober-mei. De soort overwintert als rups en eet tijdens milde winterdagen door. De verpopping vindt plaats onder mos of in de grond.

Verspreiding

Vliegtijd

Benaming

Engelse naam

Feathered Brindle

Duitse naam

Landkärtchen

Meer

Toelichting Nederlandse naam

De witvleugeluilen hebben witte achtervleugels. Het betreft het Genus Aporophyla.
De tekening op de voorvleugels van de geveerde witvleugeluil wordt in de soortnaam vertaald naar geveerd.

Meer over Nederlandse namen

Toelichting wetenschappelijke naam

Aporophyla: aporos is ingewikkeld, moeilijk en phule is een klasse, een groep, vrij geïnterpreteerd is dit ieder taxon boven die van soort. Dit verwijst naar de moeilijkheid om dit genus een goede plaats te geven in de systematiek.
australis: australis is zuidelijk; het type exemplaar komt van de zuidwestkust van Frankrijk

Auteursnaam en jaartal

(Boisduval, 1829)

Herkenning

Kenmerken vlinder

Voorvleugellengte: 14-17 mm. Deze uil doet door de combinatie van de smalle voorvleugel en de hoekige schouder denken aan de Lithophane-soorten, maar onderscheidt zich daarvan door de witte achtervleugel. Zowel de intensiteit van de tekening als de kleur van de voorvleugel kunnen per locatie sterk variëren; sommige exemplaren zijn witachtig met een lichtbruine tekening, andere zijn donkerder bruin. Beide kleurvormen hebben een patroon van fijne zwarte dwarslijnen, waarvan de centrale dwarslijnen sterk zigzaggen. Midden in het wortelveld ligt een kenmerkende zwarte lengtestreep; langs de binnenrand ligt vaak een kort en onopvallend tweede streepje. De vleugelzoom bestaat uit een rij korte donkere streepjes op een lichtere ondergrond en gaat over in duidelijk geblokte franje.

Verspreiding in Nederland in vier perioden

Onderstaande kaartjes tonen de verspreiding binnen Nederland in vier perioden. Hoe groter en donkerder een stip, des te groter was de presentie van een soort in het desbetreffende uurhok (5x5 kilometerhok). Presentie geeft aan in welke mate een soort is over- of ondervertegenwoordigd ten opzichte van de (macronachtvlinder-)fauna als geheel. De berekeningen zijn gebaseerd op gegevens in de Nationale Databank Flora en Fauna.

Habitat

Vooral droge zonnige schrale graslanden en duinen.

Planten

Diverse kruidachtige en houtige planten, waaronder veldzuring, valse salie en braam; ook grassen.

Waardplant

Braam
Rubus

Zuring
Rumex

Valse salie
Teucrium

Soorten uit dezelfde familie uilen (NOCTUIDAE)

grauwe stofuil
Caradrina gilva

wachtervlinder
Eupsilia transversa

eikenuiltje
Dryobotodes eremita

erwtenuil
Ceramica pisi

bruine grasuil
Rhyacia simulans

maansikkeluil
Agrochola lunosa

Alle soorten uit deze familie